De bedenker heeft al een paar dagen in de archieven gezeten maar doet deze donderdagmorgen ook veldonderzoek op de Visserijmarkt in Rotterdam-West. Met een blok in zijn hand spreekt hij mensen aan en noteert typisch Rotterdamse woorden.

Na berggeit en bosvarken noteert hij ‘pook in mijn reet’ en ‘alles wat met rot begint’. Maar heel vlot loopt het mini-onderzoek nog niet. Van Loon: “Rotterdammers zijn zich niet bewust van hun dagelijkse taalgebruik.”

Met zijn initiatief lift Van Loon mee op het sterk groeiende Rotterdam-gevoel. Ook andere schrijvers als Herco Kruik, Jan Oudenaarden en Jack Kerklaan gingen hem als voor met het vastleggen van typische Rotterdamse bijnamen en uitdrukkingen.

“Ik pretendeer ook niet de eerste te zijn, of anders dan andere, maar ik hoop wel completer te zijn. Te beginnen met 365 woorden die op een scheurkalender kunnen; voor elke dag één.”